Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen [24]ontstak Mozes zeer, en hij zeide tot den HEERE: [25]Zie hun offer niet aan! Ik heb niet [26]een ezel van hen genomen, en niet een van hen kwaad gedaan. 24. Hebreeuws, ontstak den Mozes; te weten, den toorn. Versta, een heilige toornigheid, uit groten ijver voor Gods eer, tegen deze vijanden Gods en zijn instelling. Vergelijk Gen.4:5. 25. Vergelijk Gen.4:4. Anders, spijsoffer. 26. Hij wil zeggen: ik heb niemand van hen in het minst verkort of enig leed aangedaan, maar ter contrarie hen niet dan alles goeds gewild en gedaan. Vergelijk 1 Sam.12:3.